Woningbrand voorkomen: alle cruciale tips

Woningbrand veroorzaakt heel wat schade en is levensgevaarlijk in de meeste situaties. Wil je woningbrand voorkomen? Lees hier dan alle cruciale tips.

1. Blijf bij je kooktoestellen (fornuis, oven)

Oorzaken:

• Wanneer vet of olie in een pan oververhit raakt, vat dit vlam.
• Opgestapeld vet in je afzuigkap kan naar beneden druppen op je vuur en vlam vatten.
• Pannen of potten die te lang op het vuur blijven, raken oververhit en vliegen in brand.
• Je pan op het vuur vergeten veroorzaakt oververhitting in de pan, waardoor ze vlam vat.

Tips:

• Maak de filters van je afzuigkap regelmatig schoon.
• Hou je pan met vet in de gaten. Oververhit vet kan zeer snel ontbranden.
• Laat nooit een kooktoestel onbewaakt achter, vooral niet als je olie of vet gebruikt.
• Als er toch een vlam ontstaat, blus dit dan nooit met water. Gebruik een deksel of branddeken.
• Houd het fornuis schoon. Vet- of etensresten kunnen vlam vatten als ze in contact komen met hitte.
• Stel een timer in als je iets langdurig op laag vuur kookt, zodat je herinnerd wordt om het te controleren.
• Zorg ervoor dat er geen brandbare spullen in de buurt van het fornuis liggen, zoals handdoeken en houten lepels.

2. Gebruik je elektrische apparaten correct

Oorzaken:

• Verlengsnoeren van slechte kwaliteit of verkeerd gebruik ervan raken snel oververhit.
• Als je te veel apparaten in één stopcontact steekt, leidt dit tot oververhitting en brand.
• Verouderde bedrading of defecte elektrische apparaten kunnen kortsluiting veroorzaken, wat vlam kan vatten.

Tips:

• Gebruik verlengsnoeren met mate.
• Trek je elektrische apparaten uit bij onweer en als je langdurig afwezig bent.
• Sluit meerdere zware apparaten niet aan op één verlengsnoer of stekkerdoos.
• Schakel apparaten uit als je ze niet gebruikt. Vooral verwarmings- of kookapparaten.
• Controleer de bedrading van elektrische apparaten regelmatig. Vervang beschadigde kabels onmiddellijk.
• Zorg ervoor dat grote elektrische apparaten door een vakman worden geïnstalleerd. Vooral wasmachines en droogkasten.

3. Laad je elektrische voertuigen veilig op

Oorzaken:

• Het opladen van elektrische voertuigen zoals auto’s, steps en fietsen heeft een groot risico op brand bij oververhitting, gebruik van defecte batterijen of van ongeschikte laders.
• Vooral lithium-ionbatterijen zijn gevaarlijk als ze beschadigd of overbelast raken.

Tips:

• Plaats een rookmelder in de ruimte waar je je elektrisch voertuig oplaadt.
• Laat de oplaadinstallatie tijdig controleren en/of keuren door een vakman.
• Laat voertuigen niet onbeheerd opladen gedurende langere tijd, zeker niet ’s nachts.
• Gebruik alleen de originele of aanbevolen lader van de fabrikant. Goedkope of verkeerde laders hebben een grotere kans op oververhitting.
• Controleer kabels en batterijen regelmatig op slijtage of defecten. Beschadigde laadkabels of batterijen leiden sneller tot kortsluiting en brand.
• Zorg dat de laadruimte goed geventileerd is om warmteopbouw te voorkomen, vooral in garages, schuren, tuinhuisjes of andere afgesloten ruimtes.

4. Pas op met (open) vuur

Oorzaken:

• Niet volledig uitgedoofde sigaretten blijven smeulen en veroorzaken brand.
• Kaarsen die te dicht bij gordijnen of andere materialen staan, zorgen voor brand

Tips:

• Gebruik nooit brandversnellers om je open haard aan te maken.
• Laat kaarsen of open vuur nooit onbeheerd achter, zelfs niet voor een korte tijd.
• Rook niet in bed. Vermijd roken in de buurt van beddengoed, banken of andere stoffen die gemakkelijk vlam kunnen vatten.
• Gebruik stevige kaarsenhouders. Plaats kaarsen altijd in stabiele houders en uit de buurt van brandbare materialen zoals gordijnen.
• Doof sigaretten altijd volledig. Doof deze altijd volledig uit in een asbak die hitte verdraagt. Zorg dat je de asbak telkens op een veilige plek zet en uit de buurt houd van brandbare materialen (zoals meubels, droog gras).

5. Laat je verwarmingstoestellen onderhouden

Oorzaken:

• Slecht geproduceerde elektrische vuurtjes oververhitten snel en vatten vlam.
• Ophoping van roet of teer in schoorstenen kan leiden tot een schoorsteenbrand.
• Als een kachel te dicht bij meubels of gordijnen wordt geplaatst, kan dit brand veroorzaken.

Tips:

• Zorg voor goede ventilatie bij verwarmingstoestellen.
• Gebruik alleen EU-goedgekeurde verwarmingsapparaten.
• Plaats elektrische kachels minstens een meter van meubels, gordijnen en andere brandbare objecten.
• Gebruik elektrische toestellen volgens de officiële handleiding. Lees de instructies voor je ze gebruikt.
• Heb je een schoorsteen? Laat deze jaarlijks vegen door een professional om roetophoping te voorkomen.
• Indien vereist, laat je toestellen regelmatig (jaarlijks) controleren door een professional. Bv. warmtepomp, boiler etc.

6. Gebruik brandveilige materialen bij renovatie

Oorzaken:

• Brandbare bouwmaterialen vatten sneller vlam, verspreiden zich sneller en zijn moeilijker uit te doven (ook door de brandweer). Bv. een rieten dak.

Tips:

Als je je woning renoveert, investeer dan in brandveilige bouwmaterialen. Deze vertragen de verspreiding van brand en bieden je extra tijd om te ontsnappen bij een noodsituatie. Hieronder enkele voorbeelden van brandwerende bouwmaterialen:

• Staal
• Beton
• Baksteen
• Gehard glas
• Cellulair glas
• Gips(vezel)platen
• Keramische tegels
• Brandwerend glas
• Brandwerend hout
• Brandwerende verf
• Brandwerende deuren

7. Bewaar brandbare stoffen veilig

Oorzaken:

• Brandbare vloeistoffen vatten snel vlam in de buurt van hete oppervlakken of voorwerpen.
• De dampen van deze vloeistoffen verspreiden zich gemakkelijk en ontploffen als ze in aanraking komen met een vonk, vlam of statische elektriciteit.

Tips:

Bewaar brandbare producten in goed afgesloten containers, weg van hittebronnen en op een koele, droge plaats. Gebruik deze producten steeds volgens de veiligheidsvoorschriften. Hieronder vind je enkele voorbeelden van brandbare stoffen:

• Verf
• Lijm
• Benzine
• Motorolie
• Haarspray
• Deodorant spray
• Nagellakremover
• Schoonmaakmiddel
• Alcohol (voor schoonmaak of om te drinken)
• …

8. Voorzie brandblussers en blusdekens

Tips:

Met brandblussers en blusdekens voorkom je een grotere brand. Een beginnende brand blus je eenvoudig zelf dankzij deze materialen:

• Plaats brandblussers in risicogebieden zoals de keuken en garage.
• In de keuken is een blusdeken handig om beginnende vlammen te doven (bv. op het fornuis).
• Leer iedereen in huis ook hoe hij/zij deze materialen moet gebruiken.

Hoe moet je een brandblusser gebruiken?

1. Trek de pin eruit (Pull): Verwijder de borgpen of verzegeling, zodat de hendel kan worden ingedrukt.
2. Richt de blusser op de basis van het vuur (Aim): Richt de slang of tuit op het punt waar het vuur begint (niet op de vlammen zelf), meestal aan de basis van het vuur.
3. Knijp de hendel in (Squeeze): Druk de hendel in om de blusser te activeren en het blusmiddel vrij te geven.
4. Veeg van links naar rechts (Sweep): Veeg de blusstraal langzaam van links naar rechts over de basis van het vuur totdat het gedoofd is. Blijf blussen totdat je zeker weet dat het vuur volledig uit is.

Hoe moet je een branddeken gebruiken?

1. Haal de deken uit de verpakking: Pak de hoeken van de deken vast om het te ontvouwen. Zorg ervoor dat je handen beschermd zijn door de deken om jezelf te beschermen tegen de hitte.
2. Bedek het vuur: Leg de deken voorzichtig over de brand, zonder te gooien, om het vuur af te sluiten van zuurstof. Bedek de vlammen volledig.
3. Laat de deken liggen: Laat de deken op het vuur liggen totdat het vuur volledig is gedoofd. Til de deken niet te vroeg op om herontsteking te voorkomen.

Let op: Als iemands kleding in brand staat, wikkel je de persoon voorzichtig in de deken en zorg ervoor dat het vuur verstikt wordt. Laat de deken op zijn plaats en bel altijd de hulpdiensten.

9. Installeer en onderhoud rookmelders goed

Tips:

De meeste woningbranden gebeuren ’s nachts, waardoor rookmelders essentieel zijn om je op tijd te waarschuwen:

• Zorg ervoor dat je rookmelders ophangt.
• Test rookmelders elke maand.
• Vervang de batterijen van je rookmelders elk jaar.

In dit artikel lees je waar je rookmelders moet plaatsen.

10. Maak een vluchtplan en oefen dit regelmatig

Je hebt gemiddeld 3 minuten om je woning veilig te verlaten bij brand.

Maak een duidelijk vluchtplan, dat iedereen in je woning kent

• Pas het vluchtplan aan als je je huis of appartement hebt verbouwd.
• Zorg dat er geen obstakels liggen op de vluchtroute. Bv. kasten, kleding, afval.
• Plan vluchtplannen met meerdere uitgangen, vooral vanaf de bovenverdieping.
• Verdeel rollen in het vluchtplan: Wie neemt je kinderen en huisdieren mee naar buiten?
• Oefen de route regelmatig zodat iedereen weet wat te doen in geval van nood. Bij een brand telt elke seconde.

Weet wat je moet doen in het geval van woningbrand

• Blijf kalm.
• Waarschuw al je huisgenoten.
• Verlaat je woning via de kortste weg volgens het vluchtplan.
• Zorg ervoor dat je huisnummer goed te zien is voor de brandweer.
• Als er rookontwikkeling zou voorkomen, blijf dan laag tegen de grond
• Leg je huissleutels telkens op dezelfde plaats, zodat je weet waar deze liggen.
• Sluit alle deuren en ramen achter je als je vlucht, zodat de giftige rook minder snel verspreidt.
• Ben je op de veilige verzamelplaats? Controleer dan of iedereen buiten is.
• Bel pas 112 als je veilig buiten staat. Vermeld je naam, volledige adres en bijzonderheden.

Bronnen: Nationale Nederlanden, Verisure

Wil je dit artikel als bron vermelden? Gebruik dan:

Stiasteny, L. (2024, 19 september). Woningbrand voorkomen: alle cruciale tips. Appartement.be. Geraadpleegd op (datum XX/XX/202X), van https://www.appartement.be/woningbrand-voorkomen-dankzij-cruciale-tips

Gerelateerde artikels:

• Wie is er verantwoordelijk als er brand uitbreekt in mijn huurappartement?
• De woningverzekering: welke schade dekt het?
• Hoe voorkom je een CO-vergiftiging?